Hollandse IJssel
De Hollandsche IJssel is van Rotterdam naar Gouda een getijderivier. En tussen Gouda en Nieuwegein is ze gekanaliseerd. Het eerste deel is te typeren als industrieel met veel beroepsvaart. Het tweede stuk mag zomaar in hetzelfde rijtje als de Vecht en de Vliet. Ook op dat gedeelte is het trouwens druk, maar dan met pleziervaart.
Kenmerken
- type vaartocht : rivier die je opneemt in een grotere tocht
- kenmerken : getijdedeel industrieel, gekanaliseerde deel idyllisch, fraai, landelijk laagste vaste brug 4m40
- diepgang 1m70 (gekanaliseerde deel)
- overige beperkingen : bruggen doordeweeks gesloten tussen 16u30 en 18u en sommige ook tussen 07u00 en 09u00.
Door de fiscaal onduidelijke status trok de Baronie IJsselstein in vroeger eeuwen lieden met een luchtige belastingmoraal....
De tekst hiernaast omvat highlights uit het gelijknamige hoofdstuk van het boek 'Hollands water'. Zin in het hele verhaal en nog 44 andere hoofdstukken over vaargebieden en steden ? Ga naar de site of bekijk eerst het inkijkexemplaar!
© Pim van der Marel 2022
Rijke historie
De Hollandsche IJssel duikt voor het eerst op in de annalen in de 9e eeuw als ‘Isla’. Het was destijds natuurlijk een getijderivier. De vloedbeweging noodzaakte tot de aanleg van dijken. Illustratief voor de waterstaatkundige aanpak destijds is een verordening uit de 13e eeuw. Graaf Floris V bepaalt daarin dat niemand grond langs de Hollandsche IJssel mag kopen tenzij hij in staat is in het onderhoud van de bijbehorende dijk te voorzien. Het belang van een getijdenrivier was vooral dat je bij eb water kunt afvoeren naar zee. Dat was in oude tijden al evenzeer van levensbelang.
Getijdedeel
Zodra je op de Maas onder de Van Brienenoordbrug door bent gevaren, steek je de vaarweg over om bakboord uit de Hollandsche IJssel op te gaan. Al snel bereik je de Hollandsche IJsselkering. Deze stormvloedkering bij Krimpen is het eerst gerealiseerde Deltawerk. De rivier slingert door Krimpen -, Capelle -, Ouderkerk - en Nieuwerkerk aan den IJssel. Over het algemeen biedt ze de typische aanblik van een getijderivier. Aan de oevers hier en daar de bekende roestig ogende stalen damwanden. En bewoners met eigen boten die hun schepen met een botenlift naar de hoogte van hun achtertuin takelen. Niet erg fraai om te zien, wel praktisch.
Aan weerszijden van de rivier is de nodige industrie zichtbaar. Verderop liggen Moordrecht en Gouderak tegenover elkaar op een smal gedeelte van de rivier. De dorpen zijn verbonden met een tweetal vrij varende veerponten. Na de industrie en uiterwaarden is dit een opvallend knus stukje van het vaarwater. De schippers van de veerponten zijn vriendelijk maar gedecideerd. Dus ook als ze vriendelijk zwaaien is even wachten aan te raden.
Een paar kilometer verder doemt de Julianasluis op die voert naar het Gouwekanaal. Vlak daarvoor vervolgen wij stuurboord uit de rivier.
Gekanaliseerde deel
Door de Waaier(schut)sluis en dus niet de Julianasluis te nemen hebben we de beroepsvaart achter ons gelaten. Maar die blijken we meer dan ingeruild te hebben voor de pleziervaart. Bovendien is vanaf hier een ander soort ‘voorzichtig varen’ het devies. Dit omdat professionele verhuurbedrijven in de regio Utrecht hun huurders graag deze kant uit sturen. Varen op dit gedeelte is ongeveer zoals je een buitenlander het varen in Holland zou beschrijven. Boerderijen, weilanden, koeien, schapen, rietkragen, hier en daar een beetje land- en tuinbouw en dat allemaal tussen oerhollandse dorpen.
Oerhollands
Het eerste dorp waar we op aan koersen is Haastrecht. Voor de schaatsliefhebbers onder ons is dat een gedenkwaardige plaats. Het heeft onder meer de wereldkampioenen Leo Visser en Hein Vergeer voortgebracht. In Haastrecht mondt ook de Vlist uit, een wonderschoon riviertje waarop je helaas niet gemotoriseerd mag varen. Als je de fiets mee hebt, leg dan aan en pak vooral één van de Vlistroutes mee.
Doorvarend over een ontzettend fraai landelijk deel van de rivier komen we na enige tijd` aan in Oudewater. Zelfs als je helemaal niets hebt met historie, moet je in dit stadje wel even in de beroemde Heksenwaag geweest zijn. Oudewater kreeg in 1265 stadsrechten en is één van de steden waaruit de Staat der Nederlanden is ontstaan. Op de gemeentelijke website is een leuke, goed te behappen stadswandeling uitgezet.
Als je doorvaart kom je in Montfoort, ook zo’n plaatsje met roots uit diezelfde eeuw. Vlak voorbij het stadje passeren we het huis ‘Over-IJssel’ uit 1880, een fraai ogend gemeentelijk monument. Verderop aan de rivier ligt IJsselstein, met stadsrechten uit het begin van de 14e eeuw. Van het 12e eeuwse Stein (kasteel) staat nog de toren. Om die te zien moet je wel aanleggen. Sinds het midden van de 16e eeuw is de baronie IJsselstein bezit van de Oranjes. Dit als gevolg van het huwelijk van Willem van Oranje met Anna van Egmond. In latere eeuwen trok het stadje vermogende lieden met een luchtige belastingmoraal. Dat had te maken met de fiscaal onduidelijke status van de stad, waardoor geen belasting werd geheven … Vanaf hier vaar je via de Doorslag naar Nieuwegein.