De Kralingse Plas: een watersport- en recreatiegebied midden in een wereldstad
Dat een wereldhaven als Rotterdam in een waterrijke omgeving ligt, zal geen verbazing wekken. Als je vanaf de Nieuwe Maas door de Parksluizen naar binnenwater bent geschut, liggen de plassen van Rotterdam binnen handbereik. De Kralingse Plas ligt het meest centraal. Een watersport- en recreatiegebied midden in een wereldstad, weer eens wat anders!
Karakteristieken
- type vaartocht : dagtocht naar een plas van bescheiden omvang
- kenmerken : vierkante, typische stadsplas tegen de prachtige skyline van Rotterdam
- laagste vaste brug in de aanvaarroute : 2m40
- diepgang : drempel in de Kralingse Verlaat 1m40
- overige beperkingen : maximumsnelheid 6 km/u, aanleggen/ankeren in rietkragen verboden
“De beide molens aan de Plaszoom zijn de enige nog werkende snuif- en specerijen molens van ons land !”
Vierkant
De Kralingse Plas vormt de Noordkant van de Rotterdamse wijk Kralingen. Grofweg is de plas een vierkant waarvan alle zijden ongeveer 1 kilometer lang zijn. Dat maakt het tot een oppervlakte van 100ha. De diepte ligt over het algemeen rond 2 meter. Als je er 'op eigen kiel' naar toe wilt ben je aangewezen op de enige toegangssluis van de plas, de Kralingse Verlaat. Je komt daar vanaf de Schie via het Schie-Schiekanaal (dat heet echt zo!) en het Noorderkanaal, waarvan de laagste vaste bruggen 2m40 hoog zijn. De sluis is niet langer dan zo’n 25 meter, dus wachttijden zijn niet altijd te voorkomen.
Historie
De Kralingse Plas is eigenlijk de oude Noordplas. Het was vroeger een onderdeel van een reeks van 15 plassen tussen de Rotte en Nieuwerkerk aan den IJssel. De plassen waren allemaal het gevolg van het steken van turf uit de veengronden. Ze hebben bestaan tot na het midden van de 19e eeuw. In die periode zijn ze drooggelegd. Daaraan dankt de huidige Rotterdamse wijk Prins Alexanderpolder haar bestaan.
De Noordplas was de diepste en werd niet droog gelegd. Dit werd gemotiveerd met de aan de drooglegging verbonden hoge kosten. Maar ongetwijfeld hadden de aan het water gelegen woonhuizen van een aantal notabelen er ook iets mee van doen. Sinds 1895 heet de (Noord)plas de Kralingse Plas.
Aan de noordkant van de plas vinden we een aantal kleine eilanden en schiereilanden. Die zijn geformeerd doordat de plas ter plaatse gedeeltelijk is gedempt. Weinig bekend is dat dit is gedaan met brokstukken van 'de puin'. Zo werd het resultaat van de bombardementen op het centrum in de Tweede Wereldoorlog genoemd.
Varen
Op de Bergsluis in het Noorderkanaal stapt Suzanne in. Ze komt uit Hillegersberg, heeft gestudeerd in Rotterdam en is hier dus volstrekt thuis. We varen rechtdoor om op de Kralingse Plas te komen. Daarvoor moeten we door de kleine Kralingse Verlaat. Vanwege een drempel is de diepgang van de sluis beperkt tot 1m40. De sluis heeft een verval van een kleine anderhalve meter. Suzanne blijkt de sluiswachter te kennen en neemt diens vleiende opmerkingen met een charmante glimlach in ontvangst. Als we uit de sluis komen varen we een echte stadsplas op. De plas zelf is heerlijk vaarwater. Niet voor niets is het een populaire zeilplas. Eigenlijk is het voor een stadsplas best wel een weidse watervlakte. En tegelijkertijd is het ook weer niet zo groot dat het zijn knusheid verliest. Het is er eigenlijk altijd gezellig druk. Geen wonder natuurlijk, de plas is onderdeel van de meest sophisticated wijk van Rotterdam. Wie zich aan de voorgeschreven snelheid houdt, wordt – als er een beetje wind staat - volop ingehaald door zeilboten. We gaan er eens goed voor zitten en beginnen met een rondje maken naar alle hoeken en gaten van de plas. Het belooft een heel erg aangenaam dagje te worden!
Aan de ‘toertochten per motorboot’ van deze website voegen we elke maand een toertocht toe die is ontleend aan het boek ‘Hollands water’. Wellicht doen wij je er een plezier mee op dit boek (300 pagina’s puur vaarplezier) te wijzen als een geslaagd cadeau.
© Pim van der Marel 2023