Wingfoilen hot en happening

31 oktober 2024

Het is de nieuwste discipline binnen het Watersportverbond, maar wel ééntje die al duidelijk van zich laat horen. Wingfoilen is in razend tempo populair geworden, de groep beoefenaars groeit snel. Wingfoilscholen leiden zowel sporters als instructeurs op, er is inmiddels een NK en er komt een wedstrijdcircuit. De snelle opmars biedt kansen voor zowel de bond als verenigingen. ,,Deze sport is hot en happening.’’

Wingfoilen verschilt slechts één letter met windfoilen, waardoor er logischerwijs weleens verwarring ontstaat. Maar het verschil is op het water duidelijk waarneembaar. Waar het zeil van de windfoiler vast zit aan de plank, het is feitelijk windsurfen met een foil, heeft de wingfoiler zijn ‘vlieger’, een wingvormig zeil, in de hand. Windfoilen is olympisch, wingfoilen (nog) niet. 

,,De sport zal snel aan bekendheid winnen, het wingfoilen is in rap tempo populair aan het worden’’, aldus Sander Jorissen, bestuurslid wedstrijdsport van het Watersportverbond. ,,Het accent van mijn werk voor de bond ligt bij de breedtesport, en de kansen die daar liggen. Het is niet meer dan logisch dat we ons flink inspannen voor de ontwikkeling van wingfoilen, want het is een relatief jonge sport die in de laatste vier jaar snel is gegroeid.’’

Wingfoilen appelleert voor velen aan het gevoel van ultieme vrijheid. Lekker op zondagmorgen, of welke andere dag van de week je ook uitkomt, het water op. Zonder veel gesleep en veel geregel. Dat de sport vrijwel overal te beoefenen is, maakt ’m extra aantrekkelijk. Onafhankelijk zijn, het is wat velen trekt. Maar voor wie wil, nemen de kansen op georganiseerd wingfoilen snel toe. 

Jorissen: ,,Wingfoilen trekt zowel compleet nieuwe watersporters aan als mensen die vroeger bijvoorbeeld gewindsurft hebben. We hebben gemerkt dat deze groep behoefte heeft aan een sociaal verband. Ze zijn graag deel van een community, en er is veel vraag naar bijvoorbeeld wedstrijden. Dat alles was er logischerwijs nog niet, daarvoor was de sport eenvoudigweg nog te jong en de organisatiegraad te laag, maar daar komt nu snel verandering in. Als Watersportverbond helpen we bijvoorbeeld met de organisatie van een nieuw wedstrijdcircuit, Mark Studer organiseert al het NK en zet nu samen met Machiel Spruit een reeks wedstrijden en evenementen in de steigers.’’

Voor verenigingen is het een buitenkansje om in de toekomst ook wingfoilers te faciliteren en als lid te verwelkomen. Zij hebben relatief weinig nodig. ,,Voor de wedstrijden zijn feitelijk geen andere faciliteiten nodig dan voor andere disciplines in onze sport. We kunnen ons wel voorstellen dat wingfoilers en verenigingen tot op heden weinig of geen contact hebben, dat ze elkaar nog moeilijk vinden. Als verbond proberen wij die schakel te zijn.’’

Wingfoilers zijn gewend dat ze tot op heden zelf hun weg zoeken. Dat kan ook relatief eenvoudig. Ze hebben slechts beperkte ruimte nodig, het klaar maken van hun materiaal vraagt minder ruimte dan voor een kitesurfer, bovendien is er geen helling nodig om te water te gaan. En op heel veel water (,,Zelfs de kleinste plasjes zijn vaak wel geschikt’’) kan worden gevaren. Jorissen: ,,Deze sporters zijn gewend hun spullen thuis in de kofferbak te leggen, zich dan in de auto om te kleden, hun wing op te blazen op een grasveldje en weg te varen. Met een kleedruimte, de mogelijkheid om spullen op te slaan en misschien wel een grasveldje naast de zeilvereniging zouden ze enorm geholpen zijn. Een enkele vereniging zal misschien wat aanpassingen moeten doen, maar er liggen voor clubs wel grote mogelijkheden. Want deze sport is hot, de kans op ledenwinst – en aanwas van jongere leden – is groot. We horen om ons heen dat veel verenigingen zien dat het aantal leden met een boot in de haven afneemt, dit biedt mooie kansen voor de toekomst. Het zal allicht niet zo’n hype worden als windsurfen in de jaren 80, maar het kan behoorlijk groot worden en een hele nieuwe groep watersporters aanboren.”

Het Watersportverbond stimuleert de laatste jaren nadrukkelijk watersporters om ook kennis te maken met andere disciplines binnen de sport. Jorissen: ,,Zeker voor de jeugd is dit een mooie kans om de horizon te verbreden. Allicht kom je er zo achter dat je de ene discipline veel leuker dan de andere vindt, of ontdek je zelfs dat je er talent voor een boardsport en foilen hebt. Wingfoilen appelleert duidelijk wel aan een gevoel, het is – hoe zeg je dat mooi – hot en happening.’’

Overigens, en Jorissen vindt dat wel zo eerlijk om te vertellen, is wingfoilen ,,wel iets moeilijker en iets duurder. Al is het verschil met windfoilen en kitesurfen niet groot hoor. Maar we zien wel dat de meesten die het oppakken de studentenleeftijd om die redenen wel vaak voorbij zijn.”

(Introductie)lessen zijn sowieso onontbeerlijk. Voor wie nog nooit met een foil gevaren heeft, lijkt de stap groot. Maar wie lessen volgt zal merken dat alles stap voor stap gaat. Eerst leer je op een grote surfplank of sup, zonder foil, je balans te vinden en de wing onder de knie te krijgen. Daarna pas wordt een foilplank gepakt en maak je kennis met de sensatie van het vliegen boven het water. ,,Alles op zijn tijd’’, aldus Bjorn Verheul van WingXperience.

WingXperience biedt als eerste surfschool het opleidingsprogramma van het Watersportverbond aan, oprichters Bjorn Verheul en Tessa Beumer maken met de week meer enthousiastelingen wegwijs. ,,We zijn in 2021 begonnen, de aanvragen zijn sindsdien vertienvoudigd.’’ Verheul ziet daarbij dat de sport jong én oud aanspreekt. ,,We hebben al deelnemers van 8 tot 78 in onze lessen gehad. Het omhoog houden van de wing is vrij licht, je kan er dus al vroeg mee beginnen én het langer volhouden. We zien dat de meesten ook een enorm steile leercurve hebben, je pakt het redelijk eenvoudig op. Sinds dit jaar hebben we samen met het Watersportverbond/CWO een diplomalijn ontwikkeld waardoor onze cursisten nu ook een officiële diploma’s kunnen behalen, van beginner tot vergevorderd.”

WingXperience leidt ook instructeurs op. Onlangs haalden er liefst 14 hun certificaat. ,,We willen onze sport graag professioneler maken, daarom is de juiste opleiding van belang. Zowel de sporter als de aanstaande instructeur moet het goed leren en de regels kennen. Het is fijn om daarbij op te trekken met het Watersportverbond.”

Verheul: ,,Dat we tegenwoordig niks anders meer doen dan lessen en cursussen wingfoilen geven, is het antwoord op de vraag of deze sport booming is. Ik snap dat ook wel, het ziet er gewoon sexy uit, heel tof. Bovendien, en dat is natuurlijk het grote voordeel, je kan vrijwel overal snel het water op.’’

Verheul nam de proef op de som en kwam tot een opmerkelijke conclusie. Ietwat gechargeerd: ,,Zelfs al heeft een plasje het formaat van een zwembad, dan nog kan je er wingfoilen. Het heeft in dat opzicht veel voordelen ten opzichte van windfoilen en kitesurfen.”

Verheul denkt dat de sport mede daarom nog veel populairder gaat worden. ,,Het is heel herkenbaar natuurlijk, mensen zien het al gauw als ze zelf langs een plas of meer komen. En als het misschien wel olympisch wordt – ik heb begrepen dat de aanvraag er al ligt -, dan zal het nog een boost krijgen.’’

Olympisch zeiler Duko Bos, afgelopen zomer op de Spelen 15e in de Laser-klasse (ILCA-7), mengt zich niet in de discussie of wingfoilen olympisch gaat worden. Maar is wel een enthousiast wingfoiler. Lachend: ,,Ik wilde weleens kennismaken met foilen. Dan kan je je richten op de America’s Cup of wat kleiner en een stuk goedkoper beginnen, met wingfoilen. Dat is enorm toegankelijk, je kan eigenlijk letterlijk overal terecht, voor een kite zijn er veel meer restricties vanwege de veiligheid.”

Hij focust zich – haast hij te zeggen – bij het wingfoilen op het racen, niet op het stunten. ,,Daar bak ik echt helemaal niks van. Het leren racen met een foil is echter wel heel leuk. Zeker in tijden dat ik me niet volledig moet focussen op het zeilen, geniet ik er enorm van. Ik merk dat ik dan snel progressie maak.’’ 

Bos ontdekte bovendien dat hij veel baat heeft bij het wingfoilen. ,,Ik merk dat het mijn corestabiliteit ten goede komt. Zeilen is toch veel statischer.” Het zoeken naar de juiste balans op de lichte plank vraagt andere vaardigheden dan zeilen met zijn boot. ,,Ik gebruik nu mijn armen bijvoorbeeld veel meer. En heb er dus niet alleen veel lol in, maar ook veel baat bij.” Bos onderschrijft daarmee het standpunt van het Watersportverbond dat leden aanmoedigt ook kennis te maken met andere disciplines.

Omdat Bos als wedstrijdsporter toch enorm competitief is ingesteld, deed hij inmiddels ook mee met het NK wingfoilen, op de Westeinderplassen bij Aalsmeer. Het leverde hem een achttiende plaats op. En veel plezier. ,,Het wedstrijdvaren was voor de meesten iets heel nieuws, en ik was juist weer helemaal nieuw in deze tak van sport. Het was een enorm leuke ervaring, een mooie afwisseling. Zeker zo na de Spelen heb ik tijd om wat te ‘spelen’, daar geniet ik enorm van.”

Hoewel het niet zijn voornaamste discipline zal worden, wil Bos op termijn wel vaker aan wedstrijden deelnemen. Mark Studer van de WingSurfClub organiseerde de afgelopen twee jaar het NK en spant zich nu samen met onder anderen Machiel Spruit in om een wedstrijdcircuit samen te stellen.

Studer is zelf enthousiast wingfoiler. ,,Ik leerde de sport vlak voor corona kennen, vroeg me af of het een coole sport zou worden. Toen ik ontdekte wat de mogelijkheden waren, was ik snel om. Je hebt echt maar heel weinig wind nodig. Zelfs al heb je maar 9 knopen wind, dan tik je soms toch al de 50 kilometer per uur aan. Je kan veel scherper aan de wind varen, hebt ook minder last van eventuele windgaten en minder last van de golfen. Op zee is het geweldig om, wat verder op zee, eindeloos golven te pakken. Mijn windsurfspullen staan al een paar jaar stof te happen, ik doe niks anders meer dan wingfoilen.”

Studer voer zelf veel wedstrijden in het windsurfen en voelde de behoefte dat ook met zijn nieuwe liefde te doen. Er was en is echter nog slechts een zeer beperkt aanbod. ,,Met een stel enthousiastelingen hebben we twee jaar terug gekeken of we de besten van Nederland bij elkaar konden brengen en een NK konden organiseren.’’ Nu dat gelukt is, wordt een wedstrijdenserie voor alle niveaus opgetuigd. De Regio Cup-serie, op diverse plekken in Nederland, zal zowel een expertklasse kennen als een wedstrijd voor instappers. ,,We hopen de kalender in januari rond te hebben. Net als het Watersportverbond hebben wij het idee dat een flinke groep toe is aan een nieuwe uitdaging en met elkaar het water op wil om zich te meten. Dat is dé manier waarop je beter kunt worden, waar je het meeste van leert.”

Deel dit artikel:

Uitgelichte artikelen

Wedstrijdsport zeilen, wind- en kitesurfen

De partners van het Watersportverbond