Vaarregels kanovaarders lang niet altijd up-to-date
Denk jij nog steeds dat grote schepen altijd voorrang moeten krijgen? Je zult niet de eerste zijn die z’n eigen kennis overschat. Kanofanaat en oud-rivierpolitieagent Arend Aalbrecht merkt hoe vaarders in gevaarlijke situaties terechtkomen, omdat ze de nieuwste regels niet bijhouden. De recente update van zijn eigen Kano-Vaarregels in Nederland moet hulp bieden.
Sommige regels die worden doorverteld komen niet meer overeen met het BPR.
Arend peddelt zelf zo’n dertig jaar, het liefst op groot water. Tijdens uiteenlopende tochten pikte hij regels en veiligheidsmaatregelen op van gediplomeerde instructeurs, totdat hij in 2001 bij de Rotterdamse rivierpolitie ging werken. In zes jaar leerde de kanoër hoe reglementen op het water écht in elkaar steken. “En zo ontdekte ik dat sommige regels die worden doorverteld helemaal niet meer overeenkomen met het BPR”, legt Aalbrecht uit.
Met dat laatste doelt de kanoër op het Binnenvaartpolitiereglement, waar de meeste verkeersregels in staan beschreven. “In 2004 zijn daar hele sterke wijzigingen in aangebracht”, vertelt Arend, die voor de rivierpolitie ook werkzaam was als nautisch docent. “Maar ik merkte dat er binnen verenigingen nog oude regels werden doorverteld. En mensen verkeerd informeren, is vragen om problemen. In 2012 kwam ik tot de conclusie dat ik er zelf iets aan moest doen.”
Onoverzichtelijk voor een leek
“Het BPR is vrij moeilijk om te lezen”, legt Arend uit. “Er wordt veel verwezen naar verschillende artikelen, waarmee het voor een leek onoverzichtelijk wordt. Voor iedereen die op spierkracht vaart, zoals kanovaarders en suppers, heb ik daarom de regels meer bij elkaar gebracht en opgeschreven in begrijpelijke taal. Inmiddels ben ik met pensioen, maar ik heb er wel lol in om alles bij te houden. Als er belangrijke wijzigingen zijn, kom ik met een update voor m’n boekje.”
Die updates krijgen lang niet alle kanovaarders mee, merkt Arend nog al te vaak. “Op Facebook zie ik dan bijvoorbeeld een reeks foto’s voorbij komen, van mensen die met verkeerde verlichting in de mist varen. Uiteraard met een mooi verhaal eromheen, van hoe mystiek en spannend de sfeer was. En hoe ze verrast werden toen er opeens een speedbootje opdook. Dan besef ik dat mensen te weinig bewust zijn van risicoverhogende factoren.”
Een paar jaar geleden kwam ik zelf in een penibele situatie terecht, toen ik een groepstocht maakte door de grachten van Leiden.
Zolang er geen echte ongelukken gebeuren, zien kanovaarders vaak ook geen problemen . “Maar als dat wel gebeurt”, legt Arend uit, “dan zal een rechter er vragen over gaan stellen. Wat was nou de noodzaak om daar te varen? Je had ook kunnen wachten tot de mist was opgetrokken. Dan was je misschien twee uur later thuis geweest, maar misschien voorkom je daar een bezoek aan het ziekenhuis mee. Natuurlijk chargeer ik het nu een beetje, maar wat mij betreft worden mensen niet genoeg geconfronteerd met dit soort scenario’s.”
Cynisme rondom toeterplicht
“Je merkt ook vaak dat mensen hun eigen invulling geven op een manier die juridisch gezien niet helemaal klopt. Er wordt bijvoorbeeld nog wel eens cynisch gedaan over de toeterplicht. Maar in dreigende gevallen hoor je zulke signalen toch echt te kunnen geven. Als je marifoon niet blijkt te werken, of als een ander schip die niet blijkt te hebben, moet je kunnen blijven communiceren. Overigens is het ook gewoon handig als je bijvoorbeeld geschut wil worden bij een sluis. De sluiswachter reageert op jouw signaal, dus dan hoef je niet eerst uit te stappen.”
Een paar jaar geleden kwam Arend zelf nog in een penibele situatie terecht, toen hij een groepstocht maakte door de grachten van Leiden. “We naderden een ophaalbrug, een deel van de groep voer er al onder, en achter ons kwam een Bruine vloot-schip aangevaren. Vroeger was het zo dat kleine schepen dan voor grote schepen moesten wijken. Maar in het BPR is nu vastgelegd dat er bij beweegbare bruggen een oploopverbod geldt. Dus je mag op zo’n plek niet meer inhalen. Maar deze schipper was blijkbaar niet bijgeschoold. Pas op het laatste moment begon hij hard te remmen en naar ons te schelden.”
Dat we allemaal opzij moeten voor een groot schip, is weliswaar gebaseerd op een oude vastgeroeste regel. Maar in de praktijk blijkt het vaak wel de veiligste keuze.
Arend benadrukt dat je in zo’n situatie sowieso niet tot het uiterste moet gaan om volgens de regels te varen. “Dat we allemaal opzij moeten voor een groot schip, is weliswaar gebaseerd op een oude vastgeroeste regel. Maar in de praktijk blijkt het vaak wel de veiligste keuze. De kanovaarders die nog onder de brug door moesten, hebben dus ook maar even gewacht. Maar van de voorste vaarders kun je niet verwachten dat ze opeens achteruit gaan varen. Voor die Bruine vloot-schipper was het ook niet leuk, maar het was wel echt zijn beoordelingsfout. Best een vervelende situatie.”
“Je hebt ook nooit het recht op voorrang”, maakt Arend duidelijk. “We gebruiken het nog wel eens als spreektaal, maar het gaat om de verplichting van een ander. Je hebt de plicht om voorrang te verlenen. Als deze situatie fout was afgelopen, hadden die reglementen een belangrijke rol gespeeld. Dat heeft dan niet alleen fysieke of juridische gevolgen, maar het kan ook verzekeringstechnisch een probleem worden. Daar mogen kanoërs best bewuster van worden.”
Wil je de nieuwste update van Arends ‘Kano-Vaarregels in Nederland’ zelf lezen? Ga dan naar zijn website en klik onderaan de pagina op de downloadknop.
Arend Aalbrecht